Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], [Teth.] Het is goed [57]voor een man, [58]dat hij het juk [59]in zijn jeugd draagt. 57. Dat is, voor een iegelijk. Anderen verstaan door man een voortreffelijken man. 58. Dat is, dat hij kruis en tegenspoed lijdt, en zich der tucht onderwerpt, opdat zijn boze en verdorven natuur getoomd en getemd worde; vergelijk Ps.119:71. 59. Eer de zonde te diep in zijn hart wortele en ten enemale over hem heerse.